Invloedsfactoren

1. Isolatie​​

​

• Muren: Goede muurisolatie voorkomt warmteverlies in de winter en houdt het koel in de zomer. Materialen zoals steenwol, glaswol of EPS (geëxpandeerd polystyreen) zijn vaak effectief.

• Daken: Ongeïsoleerde daken kunnen tot 25% van het warmteverlies veroorzaken. Voldoende dakisolatie is essentieel, vooral bij hellende daken.

• Vloeren: Vloerisolatie is belangrijk voor woningen boven niet-geïsoleerde kelders of garages.

​

​

2. Verwarming en Koeling

​

• Efficiëntie van systemen: A-label verwarmingssystemen (bijvoorbeeld HR-ketels) zijn energiezuiniger. Warmtepompen zijn nog duurzamer en verbruiken minder energie.

• Instellingen en gebruik: Regelmatige instellingen van thermostaten en gebruik van programmeerbare thermostaten kunnen het energieverbruik verlagen.

​​

​

3. Ventilatie

​

• Mechanische ventilatie: Systemen met warmteterugwinning zijn zeer effectief en verminderen het energieverlies.

• Natuurlijke ventilatie: Goed geplaatste ramen kunnen helpen om luchtcirculatie te bevorderen zonder veel energie te verbruiken.

​​

​

4. Raam- en Deuropeningen

​

• Type glas: Dubbel of driedubbel glas biedt betere isolatie dan enkel glas. Daarnaast helpen speciale coatings en argon gas tussen de glasplaten.

• Kozijnen: Goede isolatie rondom kozijnen voorkomt tocht en warmteverlies.

​​

​

5. Verlichting

​

• Type verlichting: LED-lampen verbruiken veel minder energie dan traditionele gloeilampen of halogeenlampen.

• Natuurlijke verlichting: Strategisch geplaatste ramen en lichtkoepels verminderen de behoefte aan kunstlicht.

​​

​

6. Duurzame Energiebronnen

​

• Zonnepanelen: Het gebruik van zonnepanelen kan de energiekosten aanzienlijk verlagen en bijdragen aan een lagere EPC-score.

• Zonneboilers en warmtepompen: Deze systemen gebruiken hernieuwbare energiebronnen om water te verwarmen of voor verwarming van de woning.

​​

​

7. Gebruik van het Gebouw

​

• Woon- versus werkruimte: De manier waarop een gebouw wordt gebruikt, beïnvloedt het energieverbruik. Commerciële gebouwen hebben vaak andere energiebehoeften dan woningen.

• Gedrag van bewoners: Energiebewust gedrag van bewoners kan de energieprestaties verbeteren, zoals het uitschakelen van lichten en apparaten.

​​

​

8. Bouwjaar en Materialen

​

• Oudere gebouwen: Vaak minder energie-efficiënt en voldoen niet aan moderne isolatie- en energie-eisen.

• Materialen: Het gebruik van duurzame en energie-efficiënte bouwmaterialen kan de energieprestatie positief beïnvloeden.

​​

​

9. Onderhoud

​

• Regelmatig onderhoud: Goed onderhouden verwarmingssystemen, ventilatie en isolatie blijven efficiënt en verbruiken minder energie.

• Inspecties: Periodieke controles kunnen problemen vroegtijdig opsporen, wat de energieprestaties ten goede komt.

​